Nieuws

Stormdepressie Poly

12 juli 2023

Een terugblik op storm Poly.

De kleine stormdepressie Poly heeft op relatief kleine schaal fors huisgehouden. In dit verhaal een terugblik met uitleg en de mitsen en maren van waarschuwingen. Dit ter lering en vermaeck!

Voor ons meteorologen is het smullen, dit soort verrassingen, want er is dan nogal wat aan de hand in de lucht. Weerkundig gezien moet e.e.a. precies samenvallen om soort fenomenen mogelijk te maken, nu lukte het een keer voor korte tijd. In dit geval was het een samenkomst van een klein en zwak laagje dat een interactie onderging met een sterk stuk van de straalstroom, die precies voor de kust elkaar gingen ontmoeten.

 

Depressies in de zomer zijn altijd kleinschalig systemen, denk dan aan 500-600 km aan doorsnede. Omdat de Noordpool de pooldag kent met relatief warm weer is de straalstroom vaak opgebroken in stukken, wat zwakker dan in de winter en nogal kronkelig. Dat geeft geen enorme depressies, zoals in de winter.

Al dagen zat in de weerkaarten dat een storing vanuit de Golf van Biscaye naar het noordoosten zou trekken. Vanaf Engeland kwam een andere storing naderbij en boven het oosten van Het Kanaal zouden deze twee samensmelten. Tevens trok in de bovenlucht een op dat moment een sterk stuk straalstroom ook over Engeland onze kant op.

Afbeelding 1: Zie boven. De straalstroom en de positie van het laagje, dinsdag 4 juli 2023 eind van de middag. De blauwe pijlen geven de trekrichting weer. Rondom de kronkel van de straalstroom wordt lucht weggepompt. Kaartje van de Belgische Meteoclub.

De straalstroom kronkel (in officiële termen “jet streak”) zou zich verscherpen en dat houdt in dat de kronkel scherper (bochtiger) wordt en de windsnelheid toe gaat nemen op grote hoogte (7-10 km). Dit is belangrijk want daarmee wordt de zuigende werking versterkt aan de onderkant van deze straalstroom, waardoor depressies flink kunnen uit gaan diepen (de druk zakt dan flink in de kern)

Alles zat zo ongeveer in de modellen en per run werd duidelijk dat er een best grote kans was dat er een interactie zou komen tussen het kleine lagedrukgebiedje en de straalstroom. Niet alleen dat, maar ook dat dit voor de Zuid Hollandse kust (zuidelijke Noordzee) zou gebeuren. Een stormachtige wind (8 Bft) en 80-100 km per uur windstoten waren mogelijk aan de kust. Best veel voor de zomer maar niet echt extreem. Bovendien verschilden de modellen in de baan van de depressie; langs Nederland, over Nederland of verder de Noordzee op. Ook verschilden ze allemaal in de sterkte van het windveld, de te verwachten windstoten en ook hoe het kleine windveld ( nog geen 100 km breed) over Nederland zou trekken.

Kortom, veel onzekerheden, helemaal omdat het windveld zich pas vlak voor Nederland zou gaan ontwikkelen. Dan ben je helemaal afhankelijk van de schaarse metingen op de zuidelijke Noordzee en dat zijn er niet veel, helemaal al niet waar het laagje vandaan zou komen. De Belgische kust geeft wel waarnemingen door, maar daar was dan nog niets aan de hand; voor de Zuid Hollandse kust zou het allemaal moeten gebeuren.

Om het even in perspectief te plaatsen: vanuit het zuidwesten komt een klein lagedrukgebiedje onze kant op en tussen 7 en 10 km hoogte komt een straalstroom kronkel (met in de kronkel een windsnelheid rond 200 km per uur) onze kant op en precies voor de kust gaan ze elkaar ontmoeten, d.w.z. de straaltroom- kronkel komt dan boven het lagedrukgebiedje te liggen, dat alles in een gebied van 100 bij 100 km…. En dit alles wordt verwacht door modellen met verschillende uitkomsten, wat nooit precies de waarheid is maar een schatting… daarop worden dus ook de waarschuwingen gebaseerd.

Het KNMI gaf een code geel uit een dag van te voren voor windstoten en veel regen, tot lokaal 100 mm werd verwacht boven Noord Holland. In de avond en nacht gaven steeds meer modellen meer wind en het laagje zou uitdiepen tot ongeveer 995 millibar. Er zaten wel extreme modelwaarden tussen maar moet je die meteen honoreren? Het laagje zelf zou ergens over Noord Holland naar Friesland trekken, dat was wel duidelijk.

In de nacht (het laagje lag toen boven België met 1000 millibar) was er nog niets aan de hand maar……aan de hand van de vele modellen werd duidelijk dat er een stormveldje mogelijk was aan de zuid – en zuidwest zijde van het laagje. Er werd een 9 Bft gegeven voor de kustdistricten en de windstoten werden opgehoogd naar 110 km per uur, mogelijk hoger.

Het radarbeeld van begin van de nacht laat ook nog niets verontrustends zien, het is een ongeorganiseerd geheel. Wel was de neerslagverwachting flink terug geschroefd.

Toen het laagje boven de zuidelijke Noordzee aankwam begon het sterk uit te diepen. De interactie met de straalstroom was tot stand gekomen en de straalstroom kronkel voerde grote hoeveelheden lucht af waardoor de druk van het laagje snel daalde. Hierdoor nam de drukgradiënt toe (isobaren komen snel dichter bij elkaar te liggen) en de windsnelheid neemt dan ook snel en fors toe. Dit gebeurde allemaal boven de zuidelijke Noordzee, waar erg weinig meetpunten zijn. Het ontwikkelde dus al, zonder dat we het echt in de gaten hadden, want meten konden we het nog niet. Later in de nacht zag je ook het radarbeeld en het satellietbeeld snel veranderen in een mooie krul, teken van hoge mate van ontwikkeling. Maar je loopt altijd achter… je zit immers altijd naar iets oudere radar- en satellietbeelden te kijken (10-15 minuten oud) en die geven wel aan dat zich wat aan het ontwikkelen is maar niet hoeveel.

De nieuwste model runs gaven nog meer wind en sommige modellen ook de vorming van een lage low level jet, een extreme windsnelheid op lage hoogte, rond 1 km. Daar was een gemiddelde windsnelheid mogelijk van 130-140 km per uur (dik windkracht 12) aan de zuidzijde van het kleine laagje.. maar ja, in de waarnemingen was nog niets terug te zien…dus opschalen naar code rood was nog niet aan de orde, je wilt het eerst zeker weten want code rood is niet zomaar iets!

Het laagje lag toen boven de eerste waarneem stations op de zuidelijke Noordzee en precies in de kern van een depressie staat maar weinig wind. Laat in de nacht trok het laagje richting Noord Holland en ineens trok het ontwikkelde windveld over de eerste waarneemstations, 8 Bft. Dat was al meer dan de modellen hadden op die plaats op dat tijdstip en de windsnelheid liep snel op naar het noorden toe toen meer waarneemstations boven zee het windveld kregen. Het werd toen snel duidelijk dat het worst case scenario uit zou komen (en zijn natuurlijk verschillende scenario’s op gesteld want je weet dat dit in potentie gevaarlijke laagje kunnen zijn) en snel is opgeschaald naar code rood met 9-10 Bft en 120-130 km per uur windstoten lokaal.

Het laagje diepte verder uit dan verwacht (ongeveer 5 millibar dieper) en dat gaf een klein maar nog zwaarder windveld. IJmuiden ging naar bijna twee uur windkracht 11 uit het zuidzuidwesten en het windveld lag precies daar waar de occlusie zich bevond die om de kern heen begon te draaien.

Dat is echt een kenmerk van actieve depressies, daar waar de occlusie zich om de kern heen draait daar ligt ook het windveld…(onthouden maar als je op de radar kijkt)

Ook boven Noord Holland nam de wind fors toe met in IJmuiden al snel stoten tot 140 km per uur. In heel Noord Holland werden de stoten zeer zwaar tot ruim boven 100 km per uur.

Intussen trok het laagje over Den Helder en de westelijke wadden naar het noordoosten met daar zon, enkele stapelwolkjes en rustig weer en in Den Helder een zuidoost 3, tegelijkertijd meldde IJmuiden een volle windkracht 11 uit het zuidwesten, 30 meter per seconde. Dat is een zeldzaam groot verschil. Voor Noord Holland werd zelfs een NL alert uitgegeven om binnen te blijven vanwege de extreme windsnelheden en rukwinden, volkomen terecht. Bomen staan vol in blad, een flinke bak regen en veel wind, reden genoeg om de hulpdiensten niet te overbelasten om risico te nemen.

Ook het IJsselmeer en het westen van Friesland kregen nu met de storm te maken met in Stavoren een zuidoost 9. De Houtribdijk schoot ineens uit naar zelfs 151 km per uur windstoot, ongekend voor de zomer maar zelfs in de winter is dat vrij zeldzaam.

Het stormveld strekte zich uit van net noord van Amsterdam tot zuid van Den Helder via het IJsselmeer naar het westen van Friesland. In Leeuwarden zakte de druk naar 988,2 millibar met een Oost 5 Bft terwijl Den Helder toen al weer 997 millibar doorgaf bij een Noordwest 5, bijna 10 millibar verschil.

In de rest van het land viel het erg mee (wel bomen om soms maar gemiddeld genomen) en in het zuidoosten bleef het helemaal rustig….
De verwachting was dat het noorden nog flink aan de beurt zou komen maar de druk steeg sneller in het laagje dan voorzien (de interactie met de straalstroom zwakte af en daarmee verzwakte langzaam de druk gradiënt) en daardoor nam de meeste extreme windsnelheid ook af en werd code rood ingetrokken en code oranje gehandhaafd voor het noorden.

Dat was Poly. Vervolgens lag het KNMI flink onder vuur vanwege de late waarschuwing van code rood. De opschaling naar code rood vond plaats nadat waarnemingen bevestigen hadden dat het uit de hand ging lopen. Ga je op voorhand al de zwaarste waarschuwing uitgeven dat er wat mogelijk is zonder dat het er al is of zich heeft ontwikkelt? Het antwoord is nee. Code geel stond uit en werd oranje, later pas rood. Daar zijn duidelijke protocollen voor.

Wat wel mogelijk is dat de weerpresentatoren op de journaals wat meer mitsen en maren aangeven met wellicht een kans% dat het wellicht zwaarder wordt dan verwacht…het is en blijft een verwachting en geen waarheidsverhaal. Tevens hebben mensen ook zelf een verantwoordelijkheid en moeten ze niet klakkeloos buienradar en andere apps geloven. Een anderen de schuld geven is altijd makkelijk, het KNMI is en blijft het beste instituut op dit gebied, geholpen door meteorologen zoals ik met dit verhaal achteraf en daar vooruit.

Ik probeer in mijn verhalen ook te middelen en niet te focussen op extremen, alleen als dat er toe doet. Door mitsen en maren uit te leggen kweek je begrip.

Zelf waarschuw ik alleen voor bijzonder weer….ik heb zelf geprobeerd jullie zo goed mogelijk op de hoogte te houden en op tijd al een eerste verwijzing te geven dat er zich mogelijk wat af gaat spelen. Voor een groot deel van het land zat ik fout qua wind-stoot zwaarte want 60% van ons land had nauwelijks ander weer terwijl 40% echt wel in de problemen zat. De risico’s van het vak.
Maar dat maakt mijn vak ook zo leuk, het weer houdt zich nooit aan mijn weerbericht!

Ik hoop dat bovenstaand verhaal veel duidelijk maakt over deze unieke storm.

Hartelijke groet, David Henneveld